Kopen of huren: wat is vandaag de slimste keuze?

Een eigen woning kopen is voor veel Vlamingen een droom. Maar door de stijgende vastgoedprijzen en hogere rentevoeten wordt dat doel steeds moeilijker bereikbaar. Tegelijk stijgen ook de huurprijzen. Wat is dan de beste keuze voor jouw situatie?

Wonen kost geld, of je nu huurt of koopt. In het eerste semester van 2024 betaalde je in Vlaanderen gemiddeld 841 euro huurgeld per maand voor een appartement. Voor een woning was dat 1.007 euro. Daarmee werd de symbolische grens van 1.000 euro voor het eerst overschreden. Die cijfers komen uit de CIB-Huurbarometer en kunnen intussen gewijzigd zijn, maar ze blijven relevant als indicatie.

Koop je een woning van ongeveer 320.000 euro, dan betaal je gemiddeld 1.600 euro per maand aan aflossingen. Als fictieve basis voor de berekening nemen we een woonlening van 25 jaar en een rentevoet van 3,50%. Daarbovenop komen instapkosten zoals je eigen inbreng, registratierechten en notariskosten. Die extra uitgaven maken het verschil en bepalen mee of kopen voor jou haalbaar is.

Een woning kopen voelt vaak als een investering in je toekomst. Je bouwt stap voor stap vermogen op, en bij verkoop kun je mogelijk een mooie meerwaarde realiseren. Bovendien heb je de vrijheid om je woning helemaal naar wens aan te passen. Maar daar hangt een stevig prijskaartje aan vast: de instapkosten zijn hoog, en ook registratierechten en notariskosten tikken aan. Verhuizen wordt minder gemakkelijk, en je bent zelf verantwoordelijk voor onderhoud en renovaties. Kopen vraagt dus niet alleen financiële ruimte, maar ook een lange adem.

Huren biedt dan weer flexibiliteit. Je hoeft geen grote som te investeren en verhuizen gaat vlotter. Groot onderhoud en herstellingen? Die zijn meestal voor de verhuurder. Toch heeft huren ook nadelen. Je bouwt geen vermogen op en de huurprijs stijgt elk jaar mee met de index. De mogelijkheden om je woonruimte aan te passen zijn vaak beperkt, en je blijft afhankelijk van de regels van de eigenaar. Huren is dus ideaal als je vrijheid belangrijk vindt, maar minder geschikt als je op lange termijn wilt investeren in een eigen plek.

Uit de CIB-Huurbaromete blijkt ook dat steeds meer gezinnen langer blijven huren. Dat komt door de hoge vastgoedprijzen en stijgende woonkosten, waardoor kopen voor velen onhaalbaar wordt. Tegelijk is er een tekort aan kwalitatieve huurpanden. In 2024 daalde het aantal nieuwe huurcontracten met 16% ten opzichte van 2023, terwijl de gemiddelde huurprijs met 6% steeg, vooral bij energiezuinige woningen.

Huurders blijven gemiddeld 3,9 jaar in dezelfde woning, wat het aanbod verder beperkt. De concurrentie is groot: voor elk beschikbaar pand zijn er gemiddeld meer dan 30 kandidaten. De druk op de huurmarkt blijft dus toenemen.

Een woning kopen of huren hangt af van meer dan cijfers. Het is een persoonlijke keuze die samenhangt met je levensfase, je plannen en je financiële mogelijkheden. Wil je ergens blijven en bouwen aan iets van jezelf? Of heb je nood aan vrijheid en flexibiliteit? Denk goed na over wat bij jou past, vandaag én morgen.

Benieuwd hoeveel spaarcenten je nodig hebt om een woning te kopen?